We gaan een daagje naar de heide, mijn moeder en ik. Ma is dol op de heide, kijkt altijd uit of ze al bloeit. Sinds een jaar of twee staat er langs de weg naar Assen kilometerslang een brede strook, mooi. Maar we willen voor "groot" gaan, we gaan naar Dwingelo.
Ach, de heide wordt "verbouwd". Langs de A28 worden geluidswallen aangebracht, de heide wordt "stiller" gemaakt. Een goed streven, maar op het moment is het door de werkzaamheden lastig om met de auto dichtbij de heide te komen. En lang wandelen kunnen wij niet. Tenminste, ik wel, maar mijn moeder niet.
Wij rijden om, gaan via Ruinen, en dan vinden we eindelijk de heide. Ma is wat teleurgesteld, en dat begrijp ik, de heide is afstandelijk, van verre laat ze een paarsige gloed zien, maar dichtbij is ze vergrast en bruinig. Dik hangen wolken boven het enorme heideveld, de kleuren nog meer versluierend.
Hordes fietsers gaan over het saaie rechte betonnen pad, waardoor mijn moeder telkens even de "berm" in moet. De fietsers groeten en lachen, mijn moeder lacht blij terug: "iedereen zegt gedag, gezellig he?".
Thuisgekomen pak ik mijn moeders oude fotoalbum, ik weet zeker dat er een foto van haar moet zijn dat ze midden in de heide staat, een meisje nog, met in haar handen een bosje heide. Maar ik vind de foto niet, wel zie ik foto's van mijn vader en moeder met hun eerstgeborene: mijn zus. Foto's die ook op de heide zijn gemaakt, maar volgens mij in Blaricum. Ik zie een smal voetpad, pa en ma in het gras, knap en jong. Het is mooi weer, pa heeft zijn mouwen opgerold, blote armen, ma draagt een zomerjurkje, mijn zus speelt met de leren tas van het fototoestel, een Kodak-box.
Tja, zelfs de natuur verandert. En voelde de heide voor ons een beetje afstandelijk, we hadden het wel naar ons zin. Ma begon te zingen, duwend achter de rollator, en later zaten we nog een tijdje bij de schaapskooi, een pakje sap drinkend. Davo en Jip vonden de heide prachtig.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten