zaterdag 6 april 2013

Schiermonnikoog.



Wat mis je in Groningen, vroegen mensen me de afgelopen jaren soms. 'De zee', antwoordde ik dan. Het weidse Groningse landschap doet wel denken aan de zee, en soms kan je hem ruiken als de wind gunstig staat, maar je moet in Groningen veel moeite doen om daadwerkelijk de zee te zien. De boot nemen naar een eiland bijvoorbeeld.

Daar ben ik dan op Schiermonnikoog, op bed zittend terwijl de balkondeuren wijd open staan. Het is rond tien uur en de zon schijnt. Van buiten waaien vogelgeluiden naar binnen, kauwtjes, meeuwen, een zangvogeltje dat ik niet ken. Stemmen weerkaatsen op de straat tussen de hotels, het Graaf Bernstorff en het Hotel Van der Werff, een vrachtauto laadt rammelend en met draaiende motor voorraad uit voor het naastgelegen supermarktje. Vriendin Simone zit, gehuld in vest en met een dekbed over haar knieƫn, voor de openstaande balkondeuren in de zon. Zij is degeen die me trakteerde op dit uitstapje, mijn rouwperiode lichter maakte door me afgelopen week te bellen en in mijn oor te schreeuwen dat het godswonder was geschied: er waren annuleringen in Van der Werff en zij had drie overnachtingen voor ons kunnen boeken.

Gisteren fietsten we even naar de zee, zagen hem in de verte teruggetrokken liggen. Oogverblindend was het lentelicht. Ik keek naar de vuurtoren, herkende hem van de foto's die ik van mijn moeder maakte terwijl ze hikkend van de lach over haar rollator hing. Ik herken (tot mijn verbazing, want ik weet nooit waar ik geweest ben tot ik het weer zie) van alles, weet waar de fietsenverhuur zit, de bakker, de visboer, de drogist, de restaurantjes. Enkele malen kwam ik hier met mijn moeder met de dagboot, en tweemaal logeerde ik hier langer, in hotel Van der Werff en verderop in een huisje dat Peter gehuurd had nadat Davo ernstig gebeten was en hij droef ogend en in zichzelf gekeerd weigerde om in beweging te komen. Davo knapte hier op het strand snel op, werd weer een hond goddank.

Het geheugen is soms een sterke tegenstander. Terwijl ik niets anders wil dan hier gewoon rondlopen terwijl de zon alle schaduwen wegneemt, herkennen mijn ogen de kaarten die Peet en ik stuurden van het eiland naar onze moeders, naar mijn vriendin Marrie.
Daar waar ik een paar jaar geleden met mijn moeder een pannenkoek at, zit ik nu met mijn vriendin Simone, en ik bestel dezelfde pannenkoek, en een biertje.