vrijdag 23 september 2011

De o zo mooie zee.



Ik stond al op het perron, mijn moeder moest nog uit te trein stappen, dus ik riep tegen haar: "ik vergeet mijn schoenen, pak snel mijn schoenen". Mijn moeder stapt ondertussen gewoon uit de trein, de deuren gaan dicht en ik sta op blote voeten op het perron terwijl de trein langs ons wegrijdt. We lopen naar de patatzaak die aan het strand ligt, de zon schijnt, het water is fel blauw, de golven prachtig helder met witte schuimkoppen, maar wel verontrustend hoog, tot aan de drempel. Een beetje te hoog naar mijn zin. Tegen de man achter de toonbank vraag ik: "is het water niet erg hoog". Ja, dat vind hij ook wel, hij rekt zich vanaf de plaats waar hij staat, maar komt niet kijken.
Ma en ik lopen naar buiten, daar staat een enorm glazen scherm waar de golven tegenaan denderen, overheen spetteren. Ik word steeds ongeruster maar maak wel een paar foto's van de golven die net over het glas heenslaan, besef ongemakkelijk dat ik nog steeds op blote voeten loop. De losse steentje die op het asfalt liggen prikken onaangenaam in mijn voeten.
Het lijkt me het best als ik even ergens schoenen ga kopen, even verderop zie ik wat bedrijvigheid. Mijn moeder laat ik achter met onze spullen, ik beloof haar dat ik zo terug ben. Maar ik vind geen schoenenwinkel en ik loop verder en verder. Een boulevard, een duin, mijn tas wordt zo zwaar en ik weet dat mijn moeder daar alleen staat. Ik loop terug, maar nergens is mijn moeder te bekennen.

Een hond blaft en ik schiet overeind, vind mezelf terug in het logeerbed en besef direct: ik lig hier omdat ik  muizen in de slaapkamer hoor. De krengetjes knagen aan het hout onder de plankenvloer. Het is mooi weer zie ik door het bedauwde dakraam dat op een kier staat. De hond van de buren blaft in de tuin, dat betekent dat het al half negen moet zijn. Beneden kwispelt Jip me tegemoet.

Terwijl ik thee zet, Davo zijn medicijnen geef en alvast het eten voor Jip en Davo klaarmaak denk ik terug aan mijn droom die nog kersvers in mijn geheugen ligt. Hij is niet zo moeilijk te verklaren. Ik zag gisteren een indrukwekkende foto in de krant van een golf die over een zeewering sloeg (inderdaad, de foto hierboven), had gisteravond gezegd tegen mijn zus dat ik ma een daagje uit wilde nemen (ik zal ze niet ergens alleen achterlaten), ik heb gisteren een poging gedaan schoenen te kopen (niet gelukt).
En de zee? Daar droom ik regelmatig over, die zee is volgens mij de metafoor voor het leven, soms zijn de golven een beetje hoog en denk je te verzuipen, soms dobber je er lekker in de zon op je luchtbed op.

Strakblauw is de lucht, en dat terwijl het nu herfst is. De zon schijnt, de ramen staan open, ik ga met de hondjes wandelen. Ik wens iedereen een heel fijn weekend, en een kalm en mooi helder zeetje toe. Dobberen en genieten!