maandag 18 februari 2013

Verleden.


Iemand zei het al: 'wat schrijf je weinig'. Tja. Het is de laatste tijd een beetje stil van binnen.
Het is ook wel mooi om een tijdje te zwijgen, zeker in deze tijd van rouw en afscheid. Om me heen zie ik het leven gewoon doorgaan, goddank moet ik zeggen. Ondertussen heb ik de neiging om mij te hullen in de kleren van mijn moeder, om al haar spulletjes naar mijn eigen huis te slepen, om te lezen wat zij het laatst gelezen heeft, geschreven heeft.
Ik zet de horloges op de foto die haar leven weggetikt hebben, ik sorteer haar kleurige sieraden, de broches in de vorm van vlindertjes, en de oorbellen die ze nooit droeg. Aan mijn vinger schuif ik haar ring, ik zou hem graag willen hebben, maar ik leg hem terug.

Later, weer thuis en de dozen uitpakkend die ik heb meegenomen om hier thuis uit te zoeken, lees ik stuk voor stuk de spreuken die ze uit De Telegraaf scheurde als ze op bezoek was bij mijn zwager en zus. In een klein rommelig hoopje vond ik ze onderin een vakje van een van haar tassen.

Mijn moeder hield van spreuken en gezegdes. Ze erfde de liefde voor lezen en taal van haar moeder, die graag gedichten las of zelf schreef. Een voor een strijk ik nu voorzichtig de uitgescheurde en inmiddels erg verkreukelde krantensnippers plat. Ze een voor een opzij leggend lees ik de spreuken.
Hier en daar herken ik er eentje, van Janis Joplin bijvoorbeeld: 'vrijheid is alleen maar een ander woord voor als je niets meer te verliezen hebt'. Terwijl ik het lees hoor ik in gedachten Janis het zingen. YouTube vindt Janis snel en haar muziek klinkt nu door de kamer.

Diverse spreuken zullen mijn moeder hebben doen glimlachen, ik zie het voor me, de rimpeltjes om haar mond, de blauwe ogen achter haar stoere Diesel-bril. Ze las ze ook graag hardop voor, wat ik soms irritant vond. Geen idee waarom.
Ik zucht maar eens, het valt me zwaar, dit stukje bij beetje afscheid nemen van mijn moedertje.
Dan leg ik het stapeltje spreuken weer opzij. Bovenop ligt de spreuk waar ik het langst naar keek: 'zonder tegenwind stijgt geen vlieger op'.