maandag 12 september 2011

Escalles.

Vanmorgen vertrokken uit onze gîte. Het was mistroostig weer, de regen bleef maar vallen, en we reden een beetje doelloos rond. Bij een bakker dronken we koffie en aten een chocoladecroissantje. De route zou mooi moeten zijn, maar het weer werkte echt heel erg tegen. Zoetjesaan reden we richting noorden, per slot van rekening moeten we al weer bijna naar huis, en dat zou voor mij geen straf zijn met dit weer.

Het woei erg hard, ik kreeg medelijden met het landschap, het noorden van Frankrijk krijgt wel erg veel wind te verduren. Recht uit de zee komt de wind, teistert de heuvels, en striemt de soms eenzame huizen, de stadjes, zelfs de bomen zijn vergroeid door de wind. Ook nu reden we weer regelmatig in een gebied dat aan Oostvoorne deed denken, maar dat duurt hier maar kort, je neemt een bochtje en het uitzicht verandert volkomen, golven de thans kale akkers zo ver het oog reikt.

We besloten naar ons beginpunt terug te rijden, misschien was het bij de zee wat beter. Het uitzicht bij Escalles (Cap Blanc-Nez) was de vorige keer heel klein vanwege de mist, vandaag brak juist daar de zon door en het uitzicht was adembenemend. Door de harde wind joegen de wolken door de lucht, snelle schaduwen over het land en de zee werpend. De zee was woest, de golven vuilgroen van het vele zand dat werd opgeworpen. Het was bijna niet te doen om op het uitzichtspunt te staan, de wind rukte aan ons met een hevigheid die je niet vaak meemaakt. Hoe zal het hier zijn als het echt stormt? Soms kwam er een stroom toeristen uit een touringcar. Kromgebogen sjouwden de meest ouderen tegen de wind in, een klein hondje werd op de arm meegedragen.
Even had ik een visioen dat zo'n hondje als een vlieger de lucht in zou gaan, tegengehouden door het riempje. Dit zijn geen plekken voor honden, ooit zag ik iemand die zijn honden los liet lopen op het wandelpad boven op de kliffen, ik kon er niet naar kijken.
Gelukkig gebeurde er toen niets, net zo min als vandaag, niemand woei de lucht in, alleen Peets pet woei af, over de omheining en bleef miraculeus genoeg liggen in het hoge gras aan de rand van de klif.