Nog nooit heb ik er een berichtje aan gewaagd, eerlijk gezegd geneerde ik me er een beetje voor, maar vooruit, ik beken, ik zit op een vorm van volksdansen. Zo, het woord volksdansen is er uit, dan kan ik nu uit gaan leggen wat het echt is.
Niet echt volksdansen (al dans je een enkele keer zo in de rondte dat de gedachte aan klompen toch wel in je opkomt), maar "Engels" dansen. Dat betekent dat we bijvoorbeeld gisteravond een dans leerden die in 1750 ook gedanst werd, misschien ook wel gedanst werd door de Brönte-zusjes in 1800-zoveel! En door King Edward, of koningin Victoria of Elisabeth? Een grappig idee.
Sowieso heb ik wat met het oude Engeland, ik ben dol op kostuumdrama's en lees Jane Austen, of Dickens, of Brönte, en ik herlees ze ook nog. In het engels natuurlijk want anders gaat er toch een hoop sfeer verloren. Bijzonder eigenlijk dat alles voorbij gaat, de tijd loopt als zand door onze vingers, maar kunst en cultuur worden continu doorgegeven en lijken blijvend of in ieder geval lang gewaardeerd.
Maar goed, niet al te ver afdwalend: de dansen die in deze kostuumdrama's getoond worden herken ik, of in ieder geval gedeeltes ervan. De soms ingewikkelde patronen, het kokette, de elegantie, de speelsheid, ik ben het gaan waarderen. Komt nog bij dat we een erg geduldige en lieve danslerares hebben en dat onze groep bestaat uit leuke mensen die allemaal komen voor een mix van plezier en waardering voor de dans.
Niet onbelangrijk is dat we ook nog eens les krijgen in zo'n beetje het mooiste gebouw van heel Groningen waarin het Grand Café "de Oude Remise" (Bad Nieuweschans) is gevestigd. Dat maakt het avondje dansen af, dat maakt het elke keer weer een feestje.
De uitbaters van het grand café, Grad en Wimke, dansen niet mee. Ze kijken wel soms en op terechte momenten zie ik hun plezier over ons onhandige gestuntel of juist over het goed uitvoeren van een ingewikkeld patroon. Zij schenken ons in de pauzes koffie in, thee of bier, en luisteren naar ons gesputter of onze waardering over de moeilijkheidsgraad van de dans.
Gisteravond werd ons aan het eind van de les medegedeeld dat we twee weekjes vakantie hebben, op 10 maart is pas de volgende les. 10 maart? In mijn hoofd rinkelde een belletje: 10 maart, de trouwdag van mijn opa en oma! Ik zou het vergeten hebben als ik niet onlangs in een oude krant (Delpher) de aankondiging van hun 50-jarige huwelijksjubileum zag, ik weet verdorie nog dat mijn moeder een blauwe feestjurk voor me maakte met een soort pareltjes er aan. 10 maart 1915 zijn ze getrouwd. De datum herkennend: in de diepten van mijn brein viel het volgende kwartje: 100 jaar geleden! Over "alles gaat voorbij" of "de tijd vliegt" gesproken! Hangend op de balie en slokjes nemend van mijn winterbiertje en hardop alsof ik mijn rekensom voor mijzelf wilde bewijzen zei ik: "10 maart, het is nu 2015 ….. 10 maart is de trouwdag van mijn opa en oma, en dat is dit jaar 100 jaar geleden!".
Wimke, altijd goed in het herkennen van een feestje zei direct: "dat worden bitterballen". "Ja" zei ik, "dat worden bitterballen!".
Dagblad Het Vrije Volk, 9 maart 1965.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten